Vertaal
Naar andere talen: • verzaken > DEverzaken > ENverzaken > ES
Vertalingen verzaken NL>FR
verzaken (ww.) abandonner (ww.) ; désavouer (ww.) ; manquer (ww.) ; négliger (ww.) ; omettre (ww.) ; renier (ww.) ; renoncer (ww.) ; répudier (ww.) ; trahir (ww.)
Bronnen: Wikipedia; interglot


Voorbeeldzinnen met `verzaken`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afzweren
NL: logenstraffen
NL: loochenen
NL: nalaten
NL: onttrekken
NL: uitlaten
NL: verloochenen
NL: verwaarlozen
NL: verzuimen
NL: weglaten

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: zijn plicht verzaken FR: manquer à  son devoir