Vertaal
Naar andere talen: • verneuken > DEverneuken > ENverneuken > ES
Vertalingen verneuken NL>FR
verneuken (ww.) couillonner (ww.) ; duper (ww.) ; escroquer (ww.) ; leurrer (ww.) ; rouler (ww.) ; tricher (ww.) ; tromper (ww.)
Bron: interglot

Voorbeeldzinnen met `verneuken`
Voorbeeldzinnen laden....