Vertalingen verbloemen NL>FR
verbloemen (ww.) | changer d'habits (ww.) ; colorer (ww.) ; déguiser (ww.) ; dissimuler (ww.) ; farder (ww.) ; fleurir (ww.) ; pallier (ww.) ; voiler (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `verbloemen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: goedpratenNL: maskeren