Vertaal
Naar andere talen: • tieren > DEtieren > ENtieren > ES
Vertalingen tieren NL>FR

tieren

werkw.
Uitspraak:  [ˈtirə(n)]
Verbuigingen:  tierde (verl.tijd ) heeft getierd (volt.deelw.)

1) heftig schreeuwen omdat je boos bent - hurler , fulminer
als een gek staan te vloeken en te tieren - fulminer comme un forcené

2) deel van de uitdrukking: -
uitdrukking welig tieren

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
tieren (ww.) lâcher des jurons (ww.) ; vociférer (ww.) ; tonner contre (ww.) ; tempêter (ww.) ; se fâcher tout rouge (ww.) ; se déchaîner contre (ww.) ; s'emporter (ww.) ; râler contre (ww.) ; prospérer (ww.) ; pousser (ww.) ; mugir (ww.) ; bouillonner (ww.) ; insulter (ww.) ; injurier (ww.) ; hurler (ww.) ; gronder (ww.) ; fulminer (ww.) ; faire rage (ww.) ; faire du tapage (ww.) ; croître (ww.) ; crier fort (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `tieren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: floreren
NL: foeteren
NL: fulmineren
NL: gedijen
NL: razen
NL: te keer gaan
NL: tekeergaan
NL: wassen