massa

zelfst.naamw.

Uitspraak:	['mɑsa]
Verbuigingen:	-'s (meerv.)

1) grote groep mensen - foule (la ~), masse (la ~)

massatoerisme - tourisme de masse massamedia - médias

2) grote hoeveelheid - masse (la ~)

massaproductie - production de/en masse

3) bepaalde substantie - masse (la ~)

biomassa - biomasse meel en water mengen tot een homogene massa - mélanger la farine et l'eau jusqu'à obtenir une masse homogène

© K Dictionaries Ltd.

de massa	abondance (v) ; tas (m) ; pile (v) ; multitude (v) ; monde (m) ; le maximum ; masse (v) ; entassement (m) ; collection (v) ; amas (m) ; affluence (v) ; accumulation (v)
massa (c)	troupeau (m) ; foule (v) ; cohue (v)
massa	amas ; retour de masse ; mixture ; masse maximale autorisée ; masse ; m (Afkorting) ; essaim (m) ; appareil

Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek; training.bova; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.; Horecagids




NL: accumulatie
NL: bende
NL: berg
NL: boel
NL: drom
NL: groep mensen
NL: grote hoeveelheid
NL: hoop
NL: horde
NL: kudde

NL: de grote massa FR: la foule
NL: de grauwe massa FR: le commun
NL: de massa vormen FR: être le nombre
NL: in massa FR: en masse
NL: met de massa verbinden FR: brancher à  la masse