lanceren

Vertalingen lanceren NL>FR

werkw.

Uitspraak:	[lɑnˈser ə(n)]
Verbuigingen:	lanceerde (verl.tijd ) heeft gelanceerd (volt.deelw.)

1) (een raket) de lucht in schieten - lancer

Het ruimteveer wordt om 10.00 uur plaatselijke tijd gelanceerd. - La navette spatiale sera lancée à 10 heures précises, heure locale.

2) (iets nieuws) aan het publiek bekendmaken - lancer

een klimaatplan lanceren - lancer un plan pour le climat

Overige bronnen

lanceren (ww.)	lancer (ww.) ; publier (ww.)
het lanceren	élévation (v) ; lancement (m) ; levée (v)
lanceren	introduire

Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek

Voorbeeldzinnen met `lanceren`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

NL: aankondigen
NL: afschieten
NL: lancering
NL: op de markt brengen
NL: opperen
NL: starten
NL: uitgeven

Zojuist vertaald