Vertalingen knol NL>FR
de knol
zelfst.naamw. (m.)
| Uitspraak: | [knɔl] |
| Verbuigingen: | -len (meerv.) |
1) deel van een wortel of stengel van een plant met de vorm van een bol -
tubercule (le ~) | venkelknol - bulbe de fenouil |
 knollen voor citroenen verkopen
(=(iemand iets) laten geloven dat niet waar is) - faire prendre des vessies pour des lanternes
|
2) groot paard -
bourrin (le ~) | de knol van de melkboer - le bourrin du laitier (à domicile) |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de knol (m) | canasson (m) ; cheval (m) ; rosse (v) |
| knol | corme ; cornet ; navet ; navets potagers ; nodule ; tubercule |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `knol`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: knobbelNL: knoestNL: paard
