Vertaal
Naar andere talen: • kluisteren > DEkluisteren > ENkluisteren > ES
Vertalingen kluisteren NL>FR
kluisteren (ww.) captiver (ww.) ; enchaîner (ww.) ; joindre (ww.) ; lier (ww.) ; ligoter (ww.) ; passer les menottes (ww.) ; prendre (ww.) ; relier (ww.) ; saisir (ww.)
kluisteren entraver
Bronnen: interglot; Trueterm


Voorbeeldzinnen met `kluisteren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: binden
NL: boeien
NL: ketenen