Vertaal
Naar andere talen: • kleinigheid > DEkleinigheid > ENkleinigheid > ES
Vertalingen kleinigheid NL>FR

de kleinigheid

zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak:  [ˈklɛinəxhɛid]
Verbuigingen:  -heden (meerv.)

1) klein cadeautje - petit cadeau
Ik heb een kleinigheid voor je meegebracht. - Je t'ai apporté une babiole.

2) klein geldbedrag - bagatelle (la ~)
de bedelaar een kleinigheid geven - donner un petit quelque chose à un mendiant

3) iets dat niet belangrijk is - détail (le ~), vétille (la ~)
Maak er geen probleem van, het is maar een kleinigheid. - N'en fais pas un problème, ce n'est qu'un détail.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
de kleinigheid (v) babiole (v) ; bagatelle (v) ; bibelot (m) ; chose sans importance (v) ; colifichet (m) ; détail (m) ; fait accessoire (m) ; futilité (v) ; jeu d'enfant (m) ; mesquinerie (v) ; petit cadeau (m) ; petit peu (m) ; petit rien (m) ; petite chose (v) ; rien (znw.) ; rien du tout (m)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `kleinigheid`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aardigheidje
NL: akkefietje
NL: bagatel
NL: beetje
NL: bijna niets
NL: detail
NL: dingetje
NL: futiliteit
NL: klein cadeautje
NL: niemendalletje

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: dat is geen kleinigheid FR: ce n'est pas une petite affaire