Vertaal
Naar andere talen: • inplanten > DEinplanten > ENinplanten > ES
Vertalingen inplanten NL>FR
inplanten (ww.) implanter (ww.) ; implanter chirurgicalement (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `inplanten`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: implanteren