Vertalingen imiteren NL>FR
imiteren
werkw.
Uitspraak: | [imiˈterə(n)] |
Verbuigingen: | imiteerde (verl.tijd ) heeft geïmiteerd (volt.deelw.) |
(iets) zo maken dat het op iets anders lijkt, of (iets) zo doen als iemand anders -
imiter Jonge kinderen imiteren hun ouders. - De jeunes enfants imitent leurs parents. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
imiteren (ww.) | copier (ww.) ; imiter (ww.) ; pasticher (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `imiteren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: mimenNL: nabootsenNL: nadoenNL: namakenNL: navolgenNL: simulerenNL: volgen