Vertalingen glimlachen NL>FR
glimlachen
werkw.
Uitspraak: | [ˈxlimlɑxə(n)] |
Verbuigingen: | glimlachte (verl.tijd ) heeft geglimlacht (volt.deelw.) |
lachen zonder geluid -
sourire glimlachen als je naar een bekende toe loopt die je al gezien heeft - sourire quand on se rapproche d'une connaissance qui vous a déjà vu |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
glimlachen (ww.) | sourire (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `glimlachen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: glunderenNL: grijnzenNL: lachen