Vertalingen ecarteren NL>FR
| ecarteren (ww.) | aliéner (ww.) ; chasser (ww.) ; congédier (ww.) ; décharger (ww.) ; démettre (ww.) ; écarté (ww.) ; écarter (ww.) ; éloigner (ww.) ; expulser (ww.) ; jeter (ww.) ; renvoyer (ww.) ; repousser (ww.) ; se débarrasser de (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `ecarteren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afdankenNL: afnemenNL: afzonderenNL: lichtenNL: verplaatsenNL: vervreemdenNL: verwijderenNL: wegbrengenNL: wegdoenNL: weghalen