Vertaal
Naar andere talen: • degene > DEdegene > ENdegene > ES
Vertalingen degene NL>FR

degene

pronoun
Uitspraak:  [dəˈgenə]

de persoon - celui
Degene bij wie je moet zijn loopt net het kantoor uit. - Celui à qui tu dois t'adresser vient justement de quitter le bureau.
John is degene die vandaag op de kinderen past. - John est celui qui garde les enfants aujourd'hui.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
degene (znw.) celle (v) ; celles (v) ; celui qui (m) ; ceux (m)
degene celui
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `degene`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: die
NL: diegene

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: degenen FR: ceux, celles (qui; que)