Vertaal
Naar andere talen: • dampen > DEdampen > ENdampen > ES
Vertalingen dampen NL>FR
dampen (ww.) dégager de la buée (ww.) ; dégager de la vapeur d'eau (ww.) ; dégager des vapeurs (ww.) ; exhaler (ww.) ; fumer (ww.) ; fumer du tabac (ww.) ; s'évaporer (ww.) ; transpirer (ww.)
het dampen vapeurs (v)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `dampen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afgeven
NL: blowen
NL: damp afgeven
NL: rook afgeven
NL: stomen
NL: tabak roken
NL: uitwasemen
NL: verdampen
NL: wasemen