Vertalingen bandiet NL>FR
de bandiet
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [bɑnˈdit] |
Verbuigingen: | -en (meerv.) |
iemand die misdaden pleegt -
bandit (le ~) © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de bandiet (m) | bandit (m) ; brigand (m) ; coquin (m) ; criminel (znw.) ; gangster (m) ; malfaiteur (m) ; réprouvé (m) ; taquin (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `bandiet`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: boefNL: boosdoenerNL: booswichtNL: misdadigerNL: onverlaatNL: roverNL: schurkNL: slechtaardNL: snoodaard