Vertaal
Naar andere talen: • akkoord > DEakkoord > ENakkoord > ES
Vertalingen akkoord NL>FR

I het akkoord

zelfst.naamw.
Uitspraak:  [ɑˈkort]
Verbuigingen:  -en (meerv.)

1) overeenkomst - accord (le ~)
een akkoord sluiten met een andere partij - conclure un accord avec un autre parti

2) het tegelijk klinken van meer tonen muziek - accord (le ~)
een akkoord aanslaan op de piano - plaquer un accord sur le piano


II akkoord

bijv.naamw.
Uitspraak:  [ɑˈkort]

in orde - d'accord
Wilt u morgen komen? Akkoord. - Voulez-vous venir demain? D'accord.
uitdrukking akkoord gaan met (iets)
[ɑˈkort]
[mv: akkoorden]

1 overeenkomst - accord
[akɔʀ] (le ~(m))

  `een akkoord sluiten met een andere partij`
  conclure un accord avec un autre parti



2 [Muziek]"/>het tegelijk klinken van meer tonen - accord
[akɔʀ] (le ~(m))

  `een akkoord aanslaan op de piano`
  plaquer un accord sur le piano


© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
het akkoord OK! (znw.) ; consentement (m) ; convention (v) ; convenu (znw.) ; corporation (v) ; d'accord (znw.) ; en règle (znw.) ; fédération (v) ; liaison (v) ; ligue (v) ; confédération (v) ; pacte (m) ; parfait (znw.) ; permis (znw.) ; permission (v) ; rapport (m) ; relation (v) ; syndicat (m) ; traité (znw.) ; union (v) ; concession (v) ; acceptation (v) ; accepté (znw.) ; accommodement (m) ; accord (m) ; admis (znw.) ; admission (v) ; alliance (v) ; approbation (v) ; arrangement (m) ; autorisation (v) ; autorisé (znw.) ; bien (znw.) ; bon (znw.) ; coalition (v)
akkoord accord ; règlement judiciaire ; redressement judiciaire ; concordat préventif ; concordat
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `akkoord`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afspraak
NL: band
NL: binding
NL: bond
NL: bondgenootschap
NL: federatie
NL: fiat
NL: goed
NL: goedkeuring
NL: goedvinden

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: een akkoord aangaan FR: faire un contrat
NL: het op een akkoordje gooien FR: transiger, composer (avec)
NL: akkoord bevonden FR: lu et approuvé
NL: akkoord gaan FR: être d'accord, se rallier (à )