Vertalingen afwijken NL>FR
afwijken
werkw.
Uitspraak: | [ˈɑfwɛikə(n)] |
Verbuigingen: | week af (verl.tijd ) is afgeweken (volt.deelw.) |
anders zijn (dan iemand of iets anders) -
différer een afwijkende mening hebben - avoir une opinion divergente afwijken van de rest - différer des autres / ne pas être comme les autres |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
afwijken (ww.) | dévier (ww.) ; différer (ww.) ; prévariquer (ww.) |
afwijken | déviation (v) ; dévier de la piste ; embarquer de la piste ; s'écarter de la prévision |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `afwijken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afslaanNL: ontlopenNL: verschillen