Vertalingen tik NL>FR
[tɪk] [mv: tikken]1 zachte klap of slag - petite tape (la ~(v))
`een tik uitdelen/geven`
donner une tape
iemand een tik op de vingers geven
(= iemand laten weten dat hij of zij iets doet wat niet mag) - taper quelqu'un sur les doigts
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de tik (m) | claque (v) ; coup (m) ; gifle (v) ; petit coup (m) |
tik | claquement ; clic ; pulsation |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `tik`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: dreunNL: jensNL: klapNL: klopNL: knalNL: lelNL: mepNL: tic