Vertalingen stuiten NL>FR
stuiten
werkw.
Uitspraak: | [ˈstœytə(n)] |
Verbuigingen: | stuitte (verl.tijd ) heeft, is gestuit (volt.deelw.) |
tegen iets aan komen en terugkaatsen -
heurter Bij het biljarten stuiten de ballen steeds tegen elkaar. - Au billard les boules se heurtent tout le temps. |
niet te stuiten zijn (=niet tegengehouden kunnen worden) - impossible à arrêter
De opmars van die technologie is niet meer te stuiten. - L'essor de cette technologie est devenu impossible à arrêter.
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
stuiten (ww.) | résonner (ww.) ; retentir (ww.) |
het stuiten | coccyx (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `stuiten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: belettenNL: botsenNL: echoënNL: fschijnenNL: irriterenNL: reflecterenNL: schokkenNL: stotenNL: stuiterenNL: stuitjesUitdrukkingen en gezegdes
NL: op moeilijkheden
stuiten
FR: se heurter à des difficultés