Vertalingen riem NL>FR
[rim] [mv: riemen]1 smalle band van stevig materiaal om iets vast te maken - sangle (la ~(v))
`broekriem`
ceinture
`hondenriem`
laisse
`Wilt u uw stoelriemen vastmaken?`
Veuillez attacher vos ceintures.
2 ( roeispaan) langwerpig voorwerp met een verbreding aan het eind om een roeiboot mee voort te bewegen - rame (la ~(v))
aviron (le ~(m))
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de riem (m) | aviron (m) ; ceinture (v) ; ceinturon (m) ; cordon (m) ; courroie (v) ; laisse (v) ; lisière (v) ; rame (v) ; sangle (v) |
riem | courroie ; courroie obstétricale ; garrot ; lanière ; rame ; sangle |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `riem`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bandNL: ceintuurNL: gordNL: gordelNL: leiNL: lijnNL: roeiriemNL: roeispaanNL: teugNL: teugelUitdrukkingen en gezegdes
NL: riem papier
FR: rame (la) de papierNL: riem zonder eind
FR: courroie sans finNL: de
riem aanhalen
FR: serrer la courroieNL: Iemand een hart onder de
riem steken
FR: remettre du coeur au ventre à quelqu'un.