Vertaal
Naar andere talen: • ontsluiten > DEontsluiten > ENontsluiten > ES
Vertalingen ontsluiten NL>FR
ontsluiten (ww.) desserrer (ww.) ; exposer (ww.) ; ouvrir (ww.) ; tourner (ww.)
het ontsluiten dilatation (v) ; ouverture (v)
ontsluiten désagréger ; viabiliser
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.


Voorbeeldzinnen met `ontsluiten`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanboren
NL: ontgrendelen
NL: ontsluiting
NL: opendoen
NL: opendraaien
NL: openen
NL: openlegging
NL: openmaken