1. MWB
  2. Vertalen
  3. nadelig (NL>FR)
Vertaal
Naar andere talen: • nadelig > DE • nadelig > EN • nadelig > ES
Vertalingen nadelig NL>FR

nadelig

bijv.naamw.
Uitspraak:  [naˈdeləx]

wat nare gevolgen heeft - désavantageux/-euse
Roken is nadelig voor de gezondheid. - Le tabac nuit à la santé.

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
nadelig défavorable ; désavantageux ; inconvénient ; nocif ; nuisible ; pernicieux ; préjudiciable
Bronnen: interglot; ICT-Woordenboek


Voorbeeldzinnen met `nadelig`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: kwalijk
NL: ongunstig
NL: onvoordelig

Uitdrukkingen en gezegdes
NL: nadelig saldo FR: déficit (le)
NL: nadelig zijn voor FR: nuire à , être mauvais pour
NL: nadelig werken FR: avoir un effet nuisible