honderd

telwoord

Uitspraak:

[ˈhɔndərt]

1) het getal 100 - cent

in geen honderd jaar (=nooit) - jamais de la vie Dat zal in geen honderd jaar gebeuren! - Jamais de la vie!

2) deel van de uitdrukking: -

in het honderd lopen (=helemaal fout gaan) - s'en aller en eau de boudin

© K Dictionaries Ltd.

honderd (znw.)	centaine (v)
honderd	cent ; centuple

Bron: interglot




NL: honderdtal

NL: het is honderd tegen een FR: il y a cent contre un à  parier (que)
NL: bij honderden FR: par centaines
NL: de boel in het honderd gooien FR: laisser les cartes se brouiller
NL: dat loopt in het honderd FR: tout y va de travers, tout s'embrouille
NL: honderden en duizenden FR: des mille et des cents