Vertalingen hal NL>FR
hal
zelfst.naamw.
Uitspraak: | [hɑl] |
Verbuigingen: | -len (meerv.) |
1) ruimte achter de voordeur -
entrée (la ~) In de hal is een spiegel om je haar te kammen. - Dans l'entrée il y a une glace, donc tu pourras te coiffer là-bas. |
2) zeer grote overdekte ruimte -
grande salle (la ~) fabriekshal - atelier de fabrication / entrepôt d'usine sporthal - salle omnisports |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de hal (m) | couloir (m) ; corridor (m) |
de hal | halle au poisson (v) ; vestibule (m) ; salon (m) ; Salle des Chevaliers (v) ; salle d'honneur (v) ; réception (znw.) ; poissonnerie (v) ; pièce de réception (v) ; passage (m) ; palier (m) ; le palais ; halle (v) ; hall (m) ; grande salle (v) ; foyer (m) ; entrée (v) ; accueil (m) |
hal | hall ; vestibule du public ; salle des pas perdus ; hangar ; halle ; hall d'entrée |
Bronnen: Wikipedia; interglot; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `hal`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bazaarNL: entreeNL: entreehalNL: gangNL: ontvangstruimteNL: overloopNL: portaalNL: receptiekamerNL: ridderzaalNL: ruimte