Vertalingen buigen NL>FR
buigen
werkw.
Uitspraak: | [ˈbœyxə(n)] |
Verbuigingen: | boog (verl.tijd ) heeft gebogen (volt.deelw.) |
1) de vorm (van iets) veranderen -
plier de knieën buigen - plier les genoux |
2) (voor iemand) je hoofd en schouders naar beneden doen uit beleefdheid -
s'incliner voor de koning buigen - s'incliner devant le roi |
3) niet meer rechtdoor gaan -
tourner Verbuigingen: | is gebogen () |
De weg buigt naar links. - La route fait un virage à gauche. |
4) deel van de uitdrukking: -
zich buigen over (iets moeilijks) (=ingespannen denken over) - se pencher sur
zich buigen over een probleem - se pencher sur un problème
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
buigen (ww.) | se tordre (ww.) ; se prosterner (ww.) ; s'incurver (ww.) ; s'incliner (ww.) ; s'agenouiller (ww.) ; respecter (ww.) ; recourber (ww.) ; honorer (ww.) ; courber (ww.) ; cambrer (ww.) ; arquer (ww.) |
het buigen | le cintrage |
buigen | bombage ; plier ; pliage ; pencher ; incliner ; flexion ; fléchir ; flambement ; flambage ; contourner ; cintrer ; cintrage |
Bronnen: interglot; Wikipedia; Trueterm; ICT-Woordenboek; Download IATE, European Union, 2017.; Diving dictionary
Voorbeeldzinnen met `buigen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aflopenNL: bukkenNL: eer betuigenNL: eerbied tonenNL: hellenNL: knikkenNL: krom buigenNL: krombuigenNL: krommenNL: overhellen