Vertalingen afbetalen NL>FR
afbetalen (ww.) | acquitter (ww.) ; payer (ww.) ; régler (ww.) |
het afbetalen | acquittement (m) ; payement (m) ; remboursement (m) |
afbetalen | payer par acomptes |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `afbetalen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aflossenNL: afrekenenNL: delgenNL: vereffenenNL: verrekenenUitdrukkingen en gezegdes
NL: op zijn rekening 10 gulden
afbetalen
FR: payer un acompte de 10 florins