Vertalingen afscheiding NL>FR
de afscheiding
zelfst.naamw. (v.)
| Uitspraak: | [ˈɑfsxɛidɪŋ] |
| Verbuigingen: | -en (meerv.) |
1) wat ruimten afscheidt (2) -
séparation (la ~) | een afscheiding tussen twee tuinen - une séparation entre deux jardins |
2) vocht dat uit een orgaan komt -
sécrétion (la ~) | slijmafscheiding - sécrétion de mucus |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de afscheiding (v) | mur mitoyen (m) ; treillage (m) ; séparation (v) ; sécrétion (v) ; scission (v) ; schisme (m) ; retraite (v) ; réclusion (v) ; paroi (v) ; isolement (m) ; grille (v) ; cloison (v) ; bifurcation (v) |
| afscheiding | bornage ; séparation ; ségrégation ; sécrétion ; écoulement |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `afscheiding`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afrasteringNL: afsplitsingNL: afzonderingNL: beschotNL: geloofsafscheidingNL: hekNL: hekwerkNL: isoleringNL: scheuringNL: schismaUitdrukkingen en gezegdes
NL: afscheiding van een klier
FR: sécrétion (la) glandulaire
