Vertaal
Naar andere talen: • zwelgen > DEzwelgen > ENzwelgen > FR
Vertalingen zwelgen NL>ES
zwelgen (ww.) atiborrarse (ww.) ; atracarse (ww.) ; comer (ww.) ; comer con glotonerĂ­a (ww.) ; comerse (ww.) ; devorar (ww.) ; engullir (ww.) ; hartarse (ww.) ; ingerir (ww.) ; jalar (ww.) ; jamar (ww.) ; llenarse de comida (ww.) ; tomar (ww.) ; tomar combustible (ww.) ; tragar (ww.) ; tragarse (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `zwelgen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: baden
NL: binnenkrijgen
NL: brassen
NL: opslokken
NL: schransen
NL: slempen
NL: vreten