Vertalingen vullen NL>ES
vullen
werkw.
Uitspraak: | ['vʏlə(n)] |
Verbuigingen: | vulde (verl.tijd ) heeft gevuld (volt.deelw.) |
vol maken -
llenar een glas vullen - llenar un vaso Ik vul mijn dagen met telefoneren. - Ocupo mi día haciendo llamadas. een gevuld programma - un programa cargado Die soep vult. - Esa sopa llena. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
vullen (ww.) | acolchar (ww.) ; cargar (ww.) ; colmar (ww.) ; empastar (ww.) ; llenar (ww.) ; llenar hasta el borde (ww.) ; rellenar (ww.) |
vullen | carga ; cargar el horno ; llenado ; proceso de carga ; relleno |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `vullen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bijvullenNL: dempenNL: farcerenNL: opvullenNL: plomberenNL: volgietenNL: volgooienNL: volmakenNL: volplempenNL: volschenken