Vertalingen vijand NL>ES
de vijand
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | ['vɛijɑnt] |
Verbuigingen: | vijanden (meerv.) |
de vijandin
zelfst.naamw. (v.)
Uitspraak: | [vɛijɑn'dɪn] |
Verbuigingen: | vijandnen (meerv.) |
1) persoon die je haatant -
enemigo/-ga (el ~/la ~) Zoiets wens je je ergste vijand niet toe. (=<dat zeg je van iets heel vervelends>) - Algo así no se lo deseas ni a tu peor enemigo.
|
aartsvijand (=je ergste, grootste vijand) - enemigo jurado
|
vriend en vijand (=iedereen) - propios y extraños
Vriend en vijand zijn het hierover eens. - Propios y extraños están de acuerdo con eso.
|
2) partij of land waarmee je een zwaar conflict hebt of oorlog voert -
enemigo (el ~) Een deel van het leger is overgelopen naar de vijand. - Una parte del ejército se pasó al enemigo. heulen met de vijand - entenderse con el enemigo |
3) iets wat schadelijk is of een gevaar is voor iets anders -
enemigo (el ~) Angst is de vijand van innovatie. - El miedo es el enemigo de la innovación. |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de vijand (m) | el enemigo (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `vijand`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: tegenstanderNL: tegenstreefsterNL: vijandin