Vertalingen uitbroeden NL>ES
uitbroeden (ww.) | concebir (ww.) ; cultivar (ww.) ; empollar (ww.) ; engendrar (ww.) ; incubar (ww.) ; originar (ww.) ; tramar (ww.) |
uitbroeden | incubación |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `uitbroeden`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: bedenkenNL: broedenNL: warmhouden