trommelen

Vertalingen trommelen NL>ES

werkw.

Uitspraak:	[ˈtrɔmələ(n)]
Verbuigingen:	trommelde (verl.tijd ) heeft getrommeld (volt.deelw.)

1) op een trommel (2) slaan ^muziek - tocar el tambor

iemand uit zijn bed trommelen

2) met je vingers snel achter elkaar op iets tikken - tamborilear

op de rand van de tafel trommelen - repiquetear en el borde de la mesa

Overige bronnen

trommelen (ww.)	repercutir (ww.) ; tocar redobles (ww.)
trommelen	acabado en tambor ; limpieza en tambor ; pulido a bombo

Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.

Voorbeeldzinnen met `trommelen`

Voorbeeldzinnen laden....

Synoniemen

NL: drummen
NL: rammelen
NL: roffelen

Zojuist vertaald