Vertalingen termijn NL>ES
de termijn
zelfst.naamw. (m.)
Uitspraak: | [tɛrˈmɛjn] |
Verbuigingen: | termijnen (meerv.) |
vastgestelde periode -
plazo (el ~) een lening in maandelijkse termijnen terugbetalen - reembolsar un préstamo a plazos mensuales de termijn verstrijkt/loopt af/vervalt - el plazo vence/expira/caduca |
op de lange termijn (=na lange tijd) - a largo plazo
|
op termijn (=op den duur, uiteindelijk) - a plazo
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
de termijn (m) | la fecha de clausura (v) ; la fecha tope (v) ; el período (m) |
de termijn | el término |
termijn | plazo |
Bronnen: interglot; Engoi Woordenschatoefeningen; Trueterm
Voorbeeldzinnen met `termijn`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: datumNL: duurNL: periodeNL: sluitingstermijnNL: tijdlimietNL: tijdsbestekNL: tijdsduur