Vertaal
Naar andere talen: • spuwen > DEspuwen > ENspuwen > FR
Vertalingen spuwen NL>ES

spuwen

werkw.
Uitspraak:  [ˈspywə(n)]
Verbuigingen:  spuwde (verl.tijd ) heeft gespuwd (volt.deelw.)

(een vloeistof) krachtig uit je mond laten gaan - escupir
bloed spuwen - escupir sangre

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
spuwen (ww.) devolver (ww.) ; escupir (ww.) ; vomitar (ww.)
het spuwenel escupitajo (m) ; el vómitos (m)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `spuwen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: braken
NL: gespuug
NL: gespuw
NL: hoesten
NL: kotsen
NL: opgeven
NL: overgeven
NL: rochelen
NL: spugen
NL: uitbraken