Vertalingen presenteren NL>ES
presenteren
werkw.
Uitspraak: | [prezɛnˈterə(n)] |
Verbuigingen: | presenteerde (verl.tijd ) heeft gepresenteerd (volt.deelw.) |
1) bij een show of tv-programma de gasten verwelkomen en aankondigen -
presentar Dit seizoen presenteert ze een showprogramma en een quiz. - Esta temporada ella presentará un programa de espectáculos y un concurso. |
2) aanbieden -
ofrecer de gasten een biscuitje presenteren - ofrecer una galleta a los invitados |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
presenteren (ww.) | aparecer (ww.) ; exhibir (ww.) ; exponer (ww.) ; expresar (ww.) ; hacer postura (ww.) ; manifestar (ww.) ; ofertar (ww.) ; ofrecer (ww.) ; parecer (ww.) ; poner (ww.) ; proyectar (ww.) ; someter a (ww.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `presenteren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanbiedenNL: aangebodenNL: doornemenNL: herhalenNL: indienenNL: introducerenNL: laten zienNL: nazeggenNL: offrerenNL: spelen