Vertalingen nadeel NL>ES
het nadeel
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [ˈnadel] |
| Verbuigingen: | nadeeldelen (meerv.) |
ongunstig gevolg van -
desventaja (la ~) | nadeel ondervinden van de verbouwingswerkzaamheden - ser perjudicado por las reformas |
in het nadeel zijn (=in een minder gunstige positie zijn) - estar en desventaja
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| het nadeel | contra (znw.) ; la desventaja (v) ; inconveniente (znw.) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `nadeel`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: gebrekNL: schadeNL: schaduwzijdeNL: verlies