Vertaal
Naar andere talen: • nabootsen > DEnabootsen > ENnabootsen > FR
Vertalingen nabootsen NL>ES

nabootsen

werkw.
Uitspraak:  [ˈnabotsə(n)]
Verbuigingen:  bootste na (verl.tijd ) heeft nagebootst (volt.deelw.)

karakteristiek gedrag nadoen of simuleren - imitar
een overstroming nabootsen in een laboratorium - imitar una inundación en un laboratorio
het geluid van een paard nabootsen - imitar el sonido de un caballo

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
nabootsen (ww.) contrahacer (ww.) ; copiar (ww.) ; falsear (ww.) ; falsificar (ww.) ; imitar (ww.) ; seguir (ww.)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `nabootsen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: falsificeren
NL: imiteren
NL: kopiëren
NL: nadoen
NL: namaken
NL: navolgen
NL: vervalsen