Vertalingen kroon NL>ES
kroon
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [kron] |
| Verbuigingen: | kronen (meerv.) |
1) sieraad voor op je hoofd -
corona (la ~) | een koningin met een kroon - una reina con una corona |
2) kunstmatige tand of kies op het restje van je eigen kies -
corona (la ~) | Tandarts, mijn kroon zit een beetje los. - Dentista, tengo la corona un poco suelta. |
3) munteenheid in verschillende landen -
corona (la ~) | Je kunt er met kronen of met euro's betalen. - Se puede pagar con coronas o con euros. |
4) de koning of koningin met de ministers -
monarca (el ~/la ~) | door de kroon benoemd zijn - ser nombrado por el monarca |
5) deel van de uitdrukking: -
 de kroon spannen
(=in een ranglijst bovenaan staan) - encabezar la clasificación
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| de kroon | la copa (v) ; la coroma (v) ; la corona (v) ; la corona real (v) ; la coronilla (v) ; la diadema (v) ; la guirnalda (v) ; la tertulia (v) |
| kroon | barrena ; broca ; cima ; copa ; copa del árbol ; corona ; taladro |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `kroon`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: koningskroonNL: kransNL: tiara 6
