Vertalingen geloof NL>ES
het geloof
zelfst.naamw.
| Uitspraak: | [xəˈlof] |
| Verbuigingen: | geloofloven (meerv.) |
1) overtuiging dat iets waar is of bestaat -
crédito (el ~)  ergens geen geloof aan hechten
(=iets niet geloven) - no dar crédito a algo
|
| op goed geloof
(=in het vertrouwen dat het waar is) - de buena fe
|
2) overtuiging dat er een opperwezen bestaat -
fe (la ~) het katholieke geloof - la fe católica
een geloof aanhangen - profesar una religión
je geloof belijden - profesar tu fe |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
| het geloof | la confianza (v) ; la convicción (v) ; la convicción religiosa (v) ; la convicciones (v) ; la convicciones religiosas (v) ; el crédito (m) ; la creencia (v) ; la creencias (v) ; culto (znw.) ; la doctrina (v) ; la fe (v) ; la inclinación (v) ; la religión (v) |
| geloof | creencia ; opinión |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `geloof`
Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: confessieNL: confidentieNL: devotieNL: fiducieNL: geloofsovertuigingNL: gezindheidNL: gezindteNL: godsdienstNL: religieNL: vertrouwen
