Vertaal
Naar andere talen: • echtpaar > DEechtpaar > ENechtpaar > FR
Vertalingen echtpaar NL>ES

het echtpaar

zelfst.naamw.
Uitspraak:  ɛx(t)par]
Verbuigingen:  echtpaarparen (meerv.)

twee mensen die met elkaar getrouwd zijn - matrimonio (el ~)

© K Dictionaries Ltd.

Overige bronnen
echtpaar pareja casada
Bron: Trueterm

Voorbeeldzinnen met `echtpaar`
Voorbeeldzinnen laden....