Vertaal
Naar andere talen: • deduceren > DEdeduceren > ENdeduceren > FR
Vertalingen deduceren NL>ES
deduceren (ww.) concluir (ww.) ; deducir (ww.) ; inferir (ww.) ; sacar en conclusión (ww.) ; sacar en consecuencia (ww.)
het deducerenla deducción (v)
Bron: interglot


Voorbeeldzinnen met `deduceren`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: afleiden