Vertalingen aflossen NL>ES
aflossen
werkw.
Uitspraak: | [ˈɑflɔsə(n)] |
Verbuigingen: | loste af (verl.tijd ) heeft afgelost (volt.deelw.) |
1) (een schuld) betalen -
cancelar , liquidar een hypotheek in dertig jaar aflossen - amortizar una hipoteca en treinta años. |
2) werk overnemen (van iemand) -
relevar , sustituir 's morgens je collega's van de nachtdienst aflossen - relevar a tus colegas por la mañana del turno de noche |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
aflossen (ww.) | cambiar (ww.) ; cambiar por (ww.) ; desembolsar (ww.) ; redimir (ww.) ; reemplazar (ww.) ; renovar (ww.) ; reponer (ww.) ; sustituir (ww.) |
het aflossen | el pagar a plazos (m) |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `aflossen`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afbetalenNL: inlossenNL: inspringenNL: remplacerenNL: vernieuwenNL: vervangenNL: verwisselen