Vertalingen opmaken NL>ES
opmaken
werkw.
Uitspraak: | [ˈɔpmakə(n)] |
Verbuigingen: | maakte op (verl.tijd ) heeft opgemaakt (volt.deelw.) |
1) alles gebruiken tot het op is -
acabar , terminar alle pindakaas opmaken - comer toda la manteca de cacahuete je laatste vakantiegeld opmaken aan souvenirs - gastar tu último plus de vacaciones en recuerdos |
2) deel van de uitdrukking: -
je bed opmaken (=het beddengoed er netjes op leggen) - hacer la cama
|
3) make-up aanbrengen -
maquillar je opmaken voor je uitgaat - maquillarte antes de salir zwaar opgemaakt - con mucho maquillaje |
4) deel van de uitdrukking: -
de kas opmaken (=uitrekenen wat er in- en uitgegaan is) - hacer la caja
|
5) deel van de uitdrukking: -
zich opmaken om te vertrekken (=voorbereidingen treffen om te vertrekken) - prepararse para salir
|
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
opmaken (ww.) | consumirse (ww.) ; terminar (ww.) ; prepararse (ww.) ; pintarse (ww.) ; maquillarse (ww.) ; hacer ademán de (ww.) ; gastarse todo el dinero (ww.) ; gastar (ww.) ; despilfarrar (ww.) ; derrochar (ww.) ; decorar (ww.) ; adornar (ww.) ; acabar (ww.) |
het opmaken | el redactarse (m) |
opmaken | edición ; señalar ; preparación de pollos ; preparación de los datos ; formatar ; elaboración ; editar |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `opmaken`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: aanstalten makenNL: afleidenNL: afwerkenNL: doorjagenNL: garnerenNL: gereedmakenNL: make-up aanbrengenNL: make-up opdoenNL: opetenNL: opgebruiken