verliefd

bijv.naamw.

Uitspraak:

[vərˈlift]

met het gevoel heel veel van iemand te houden en altijd bij hem of haar te willen zijn - in love

iemand verliefd aankijken - look at someone lovingly

tot over je oren verliefd zijn op iemand (=iemand heel erg lief vinden) - fall head over his/her heels in love

smoorverliefd (=heel erg verliefd) - love to death

© K Dictionaries Ltd.

verliefd

amorous ; in love ; love-sick ; limerence

Bronnen: interglot; Wikipedia




NL: smoor
NL: verkikkerd

NL: smoorlijk verliefd op EN: over head and ears in love with
NL: verliefd worden (zijn) op EN: fall (be) in love with
NL: verliefde blikken toewerpen EN: make eyes at, ogle (a person)
NL: een verliefd paartje EN: a couple of lovers
NL: verliefden EN: lovers