Vertaal
Naar andere talen: • uitdagen > DEuitdagen > ESuitdagen > FR
Vertalingen uitdagen NL>EN
uitdagen (ww.)to badger ; to bait ; to challenge ; to give rise to ; to nag ; to needle ; to provoke
uitdagen defy ; incite
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages


Voorbeeldzinnen met `uitdagen`
Voorbeeldzinnen laden....


Synoniemen
NL: aanleiding geven tot
NL: jennen
NL: ophitsen
NL: oproepen
NL: pesten
NL: plagen
NL: provoceren
NL: sarren
NL: stangen
NL: tarten