Vertalingen slachten NL>EN
slachten
werkw.
Uitspraak: | [ˈslɑxtə(n)] |
Verbuigingen: | slachtte (verl.tijd ) heeft geslacht (volt.deelw.) |
(een dier) doodmaken om het vlees op te gaan eten -
butcher, slaughter © K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
slachten (ww.) | to butcher ; to slaughter |
Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages
Voorbeeldzinnen met `slachten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: afdoenNL: afmakenNL: wegdoen