royaal

bijv.naamw.

Uitspraak:

[roˈjal]

1) als je gemakkelijk iets weggeeft - free, generous, lavish, liberal

Oma was in een royale bui en trakteerde iedereen op een ijsje. - Grandma was in a lavish mood and treated everybody to an ice cream.

2) groter dan nodig - ample, comfortable, spacious

royale woonkeuken op het zuiden - spacious kitchen dining room on the south side

© K Dictionaries Ltd.

royaal

grand ; widespread ; wide ; unsparing ; rich ; princely ; plentiful ; open-handed ; noble minded ; noble ; munificent ; magnanimous ; liberal ; lavish ; glorious ; generous ; extensive ; elaborate ; detailed ; copious ; considerable ; comprehensive ; amply ; ample ; abundant ; spacious ; vast

Bronnen: interglot; Wakefield genealogy pages




NL: aanzienlijk
NL: edelmoedig
NL: genereus
NL: goedgeefs
NL: gul
NL: kwistig
NL: mild
NL: overvloedig
NL: rijkelijk
NL: ruim

Let op de verschillende spellingsvarianten in UK- en US-Engels: UK-spelling: open-handed US-spelling: openhanded

NL: het kan er royaal uit EN: there's enough and to spare
NL: te royaal leven EN: live beyond one's income
NL: royaal voor de dag komen EN: be lavish, come down handsomely
NL: hij was royaal nummer één EN: he was easily first