Vertalingen recapituleren NL>EN
recapituleren (ww.) | to condense ; to recapitulate ; to shorten ; to summarize |
Bron: interglot
Voorbeeldzinnen met `recapituleren`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: samenvattenAlternatieve spelling of gebruik
| Let op de verschillende spellingsvarianten in UK- en US-Engels: UK-spelling: summarise US-spelling: summarize |