Vertalingen opschorten NL>EN
opschorten
werkw.
Uitspraak: | [ˈɔpsxɔrtə(n)] |
Verbuigingen: | schortte op (verl.tijd ) heeft opgeschort (volt.deelw.) |
onderbreken -
adjourn, suspend, deter een rechtszitting twee weken opschorten - to adjourn the hearing for two weeks |
© K Dictionaries Ltd.Overige bronnen
opschorten (ww.) | to postpone ; to put off ; to suspend |
opschorten | to hold in abeyance |
Bronnen: interglot; Download IATE, European Union, 2017.
Voorbeeldzinnen met `opschorten`

Voorbeeldzinnen laden....
Synoniemen
NL: opschuivenNL: rekkenNL: uitstellenNL: verschuivenNL: vertragenNL: voor zich uitschuiven